Algemene informatie
a.
Geef de standaardtitelbeschrijving:
Ateur, titel
|
Harry Mulish, De ontdekking van de Hemel
|
Plaats van uitgave, jaar van uitgave,
druk
|
Amsterdam, 1997, 1992
|
Aantal pagina’s
|
900
|
b.
Genre
De Ontdekking van de Hemel is een Roman.
Het
is lastig om De Ontdekking van de Hemel
specifiek in te delen: er zit heel veel in het verhaal; het omvat heel veel
verschillende genres. Het is eigenlijk zowel een psychologische roman als een
filosofische roman als een avonturenroman als een historische roman als een
ontwikkelingsroman. De Ontdekking van de Hemel wordt daarom ook wel een
totaalroman genoemd[1].
c. Samenvatting
Het
was erg lastig een geschikte samenvatting voor dit boek te vinden. Veel
samenvattingen waren namelijk vaak veel te kort, en deden daarmee geen recht
aan het boek. Andere samenvattingen waren weer véél te lang, en 15 pagina’s
samenvatting vond ik net iets te veel van het goede. Uiteindelijk heb ik
gekozen voor een samenvatting van Wikipedia, die als een van de enige gemiddeld
is qua lengte. Daarnaast is het een samenvatting die, naar mijn mening, de
essentie van het verhaal goed weet weer te geven. De samenvatting:
Het kader
De ontdekking van de hemel is een raamvertelling. In het kader
vindt een dialoog plaats tussen twee engelen: een hoger en een lager
geplaatste. Deze dialoog treft de lezer aan in de proloog, de drie intermezzo's
en de epiloog van de roman. De Chef (God) wil een afgevaardigde in de
gedaante van een mens op aarde het testimonium laten terughalen. Om de juiste
persoon te creëren is een mens nodig met een perfecte DNA-samenstelling om
de missie succesvol te laten verlopen.
Om de juiste grootouders aan vaders zijde
bij elkaar te brengen, is het uitbreken van de Eerste
Wereldoorlog onvermijdelijk, aldus de laagst geplaatste engel. Max Delius,
de vader van de afgevaardigde, heeft een Joodse moeder
en Oostenrijkse vader die in de Tweede Wereldoorlog aan de
kant van de Duitsers werkt. De moeder van de afgevaardigde
heeft Nederlandse grootouders die elkaar treffen tijdens een
bombardement dat in Leiden plaatsvindt tijdens de Tweede
Wereldoorlog.
Het verhaal
De geschiedenis die engel vertelt in de
dialoog gaat terug naar het begin van de twintigste eeuw, wat betreft het
terughalen en de voorbereidingen hiervoor van de decaloog. In de dialoog wordt
het een en ander samengevat. Het verhaal dat uitgebreid verteld wordt, begint
in 1985 en het behelst met 65 hoofdstukken het grootste gedeelte van de roman.
Het begint met een familiefeest in Den Haag, waar en sfeer hangt van
onenigheid. Mede naar aanleiding van de sfeer wil Onno Quist naar huis,
Amsterdam, liften. Onno krijgt een lift van Max Delius. Onno
is filoloog en Max is sterrenkundige. De familie Quist is een
conservatieve familie en Max is een man met snel wisselende bedpartners, een
wetenschapper en een atheïst. Van familie is bij nauwelijks sprake meer, nadat
deze in de Tweede Wereldoorlog grotendeels is omgekomen in Auschwitz of door
andere omstandigheden in die periode. Max is dus bepaald een tegenstelling tot
Onno's familie. Onno en Max ontmoeten later Ada Brons, een celliste met wie Max
een intieme relatie krijgt. Samen met haar muzikale partner Bruno treedt zij op
en repeteert ze. Onno, Max en Ada hebben veel contact en een intieme band met
elkaar, hetzij vriendschappelijk dan wel op amoureus gebied. De relatie tussen
Max en Ada is serieus en vormt als het ware voor Max op bepaalde vlakken een
breuk met zijn eerdere levenshouding en -verloop. De relatie wordt verbroken
door Ada, vlak nadat Max met de zin „maak jezelf maar klaar” een vrijage
afbreekt.
Max gaat op datzelfde moment actief op
zoek naar zijn familiegeschiedenis. Met Onno, die hem ophaalt als hij de
vrijage met Ada abrupt beëindigt, bezoekt hij het Rijksinstituut voor
Oorlogsdocumentatie en hij gaat alleen op reis
naar Duitsland en Polen. Tussen Ada en Onno ontstaat in die
periode een liefdesrelatie, maar de vriendschap tussen Onno en Max blijft
desondanks volledig intact. Als kort daarop Ada moet spelen
in Cuba gaan Max en Onno met haar mee. In de laatste nacht van hun
verblijf daar, gaan zowel Onno als Ada, een stel nu, vreemd. Ada bedrijft met
Max de liefde als zij aan het strand zijn. Onno deelt elders met een andere
vrouw het bed. In het intermezzo dat volgt wordt duidelijk dat de afgevaardigde
aan het strand door Max bij Ada verwekt wordt.
Max, Onno en Ada weten geen van allen wie
de vader is van Ada's kind als blijkt dat ze zwanger is. Onno weet niet beter
dan dat het van hem is en hij trouwt met Ada in Amsterdam. Na vijf maanden
krijgt Ada echter een auto-ongeluk waardoor ze in coma raakt. Onno, zijn
schoonmoeder Sophia Brons en Max besluiten samen dat het kind door Max en
Sophia opgevoed zal worden. Max heeft intussen in Westerbork een
nieuwe aanstelling verkregen en de drie gaan wonen op Groot Rechteren, een
kasteel dat daar in de omgeving ligt. Het kind dat geboren wordt heet
Quinten Quist, waarvan Ada tijdens haar coma bevalt met een keizersnede.
Quinten is een wat vreemde jongen in de ogen van zijn medebewoners op Groot
Rechteren. Waar hij pas laat kan praten, kan hij dat dan vervolgens gelijk ook
vele malen beter dan leeftijdsgenoten. Zijn interesse ligt al vroeg bij
architectuur en andere onderwerpen die niet voor de hand liggen gezien zijn
leeftijd.
De levens van Onno, Max en Quinten nemen
allerlei wendingen. Max en Sophia hebben een goed functionerende, maar toch een
redelijk zakelijke relatie. 's Nachts
delen ze echter met regelmaat het bed, als Sophia de slaapkamer van Max
insluipt. Onno's krijgt een nieuwe vriendin, Helga. Zijn nieuwe partner
overlijdt echter door grof geweld en nadat ook zijn politieke en
wetenschappelijke carrière zijn stukgelopen vertrekt hij naar een onbekende
bestemming. Politiek gezien is hij geen kandidaat meer als men ontdekt dat hij
in Cuba overlegvormen met betrekking tot de gewapende strijd heeft bijgewoond
onder het bewind van Fidel Castro. Ook zijn oude beroep, dat van filoloog,
biedt hem geen bevrediging meer nadat hij niet in staat is gebleken
de Schijf van Phaistos te vertalen. In dezelfde periode komt ook Max'
leven ten einde als hij tijdens zijn werk wordt getroffen door een meteoriet.
Quinten probeert tijdens zijn puberteit
zijn vader, Onno, te traceren. Hij vertrekt daarvoor naar Italië, mede
geïnspireerd door dromen van een burcht die in hem de interesse voor
architectuur hebben gewekt. Op het plein voor
het Roomse Pantheon vindt hij zijn vader terug. Quinten raakt na
veel denken en gesprekken met Onno overtuigd van de aanwezigheid van de
decaloog in het Sancta Sanctorum in Rome. Als tijdens de sede vacante
de vicaris-generaal van het Bisdom Rome uit zou zijn
gevallen kunnen de pauselijke geheimen niet worden overgedragen. Dit zou zijn
gebeurd toen het Lateraans Paleis eeuwen geleden de pauselijke hoofdresidentie
was. Hoewel Onno dit niet gelooft, breken ze samen in en ze vinden
daadwerkelijk de Stenen Tafelen. Onno verliest echter in alle opwinding zijn
wandelstok, iets dat zijn aanwezigheid ter plaatse kan verraden. Samen vluchten
ze naar Israël.
Als Onno in Israël op een terras een vrouw
ziet, die op haar arm het kampnummer getatoeëerd heeft staan van Max' moeder,
realiseert hij zich dat Quinten mogelijk zijn zoon niet is. Quinten en de vrouw
vertonen uiterlijk namelijk opvallende overeenkomsten. Max' moeder zou in Auschwitz omgebracht
zijn, maar de tatoeage doet hem anders vermoeden.
Quinten zelf ziet intussen zijn omgeving
veranderen in de Burcht uit zijn droom. Naar binnengelopen met de Stenen
Tafelen treft hij zijn moeder Ada aan. Als Onno ontdekt dat Quinten met de Stenen
Tafelen weg is, belt hij Sophia, die hem vertelt dat Ada gecremeerd is na
geëuthanaseerd te zijn. Dat laatste is op exact hetzelfde moment gebeurd als
waarop hij en Quinten de decaloog stalen. Bij het horen van dit alles krijgt
Onno een nieuwe hersenbloeding en wordt vermoedelijk door Sophia opgehaalt in
Jeruzalem[2].
Verwachtingen
Ik heb altijd al De
Ontdekking van de Hemel willen lezen. Ik was er simpelweg erg benieuwd naar
omdat er door velen met zeer veel lof over gesproken wordt. Daarnaast staat het
bij mij thuis in de boekenkast, en leek het mij wel een uitdaging om dat boek
nou eindelijk uit de kast te plukken. Aangezien het wordt gezien als een van de
beste boeken van de Nederlandse taal (Door NRC uitgeroepen tot ‘Beste Nederlandstalige
Boek Aller Tijden’), waren de verwachtingen hoog. Ook waren de verwachtingen
hoog omdat ik al eerder een boek van Mulisch heb gelezen dat ik mooi vond.
Thema
Het
thema kan eigenlijk al uit de titel van het boek gehaald worden: De ontdekking van de Hemel. Er zijn
zoveel ontwikkelingen in de wetenschap en de techniek voorgevallen, de mens kan
inmiddels bijna alles zelf, ze staan als het ware op het punt de hemel te
ontdekken (Max bestudeerd als sterrenkundige dan ook het heelal). God heeft
daarom besloten dat er ingegrepen moet worden, hij wil niets meer met zo’n
gerationaliseerde wereld te maken hebben waar alles draait om macht en
rendement. Daarom besloot God dat het testimonium teruggebracht moet worden,
als teken dat het ‘verbond’ tussen hemel en mensheid wordt opgezegd.
Motieven
-
Vernietiging
Een motief dat veel terugkomt in
het verhaal is vernietiging.
Voorbeelden daarvan zijn: De wereldoorlogen, de dood van Ada (wat kwam door een
auto-ongeluk), de dood van Max (getroffen door een meteoriet), het einde van
Onno’s carrière en het verlies van Quinten als zoon (Quinten bleek de zoon van
Max te zijn). Dit zijn een aantal voorbeelden van het motief vernietiging, maar
er zijn er uiteraard nog meer te verzinnen.
-
Vriendschap
Vriendschap is eveneens een
terugkerend motief. De vriendschap tussen Onno en Max: zij voelden zich beiden
niet begrepen, totdat ze elkaar ontmoetten. Toen ze elkaar aan het begin van
het verhaal ontmoetten, voelden ze meteen dat ze vrienden zouden worden. Deze
vriendschap speelt in heel het boek een belangrijke rol.
-
Wetenschap en religie
Wetenschap en religie is ook iets
dat een zeer belangrijke rol speelt in De
Ontdekking van de Hemel. Wetenschap wordt in het gesprek tussen de engelen
als motief aangehaald: de mens heeft zich met DNA-onderzoek zich de ‘scheppende
kracht’ toegeëigend, scheppingskracht die in eerste instantie alleen aan God
was weggelegd. Deze wetenschap en technologie zorgt er ook voor dat Quinten
geboren kan worden, hij wordt namelijk geboren via een keizersnede. Ook zorgt
de wetenschap voor vernietiging, in de vorm van Auschwitz (bijvoorbeeld).
-
‘Het
midden van’
De burcht is een gebouw waar
Quinten telkens van droomt. In die dromen loopt Quiten door de Burcht, en komt
hij telkens in de buurt van ‘het midden van het midden’, wat naar het
testimonium bleek te verwijzen. Ook komt ‘het midden’ bijvoorbeeld terug als
Max zijn familiegeschiedenis gaat achterhalen en naar Auschwitz gaat.
-
Het lot
In principe wordt in het verhaal
ingegrepen door de engelen. De personages weten dit echter niet en verklaren
gebeurtenissen door het toeval. Dit verklaren van gebeurtenissen door toeval
komt meerdere malen in het boek terug. (Zie voor een citaat over het toeval mijn
beoordeling over de schrijfstijl.)
Het toeval: Dit staat in het boek
eigenlijk voor het ingrijpen van de engelen, maar de personages verklaren de
gebeurtenissen door het toeval. Dit is een zeer belangrijk motief, omdat de
belangrijkste gebeurtenissen hierdoor verklaard worden. Onder andere de
uitnodiging voor Ada om naar Cuba te gaan (daar wordt Quinten verwekt), de
storm en het omvallen van de boom, wanneer Ada naar Leiden moet, de meteoriet
die Max trof en de ontmoeting tussen Onno en Quinten in Rome.
-
Muziek
Tot slot is ‘muziek’ nog een
terugkerend element in het verhaal. Ada bijvoorbeeld is een celliste, Quintens
naam is afgeleid van ‘de quint’, een muziekterm, en Quinten bedenkt dat hij een
opdracht moet vervullen als hij een octaaf speelt op Ada’s (zijn moeders)
cello.
Beoordeling
Mulisch schrijfstijl is erg vlot
en concreet, de zinnen zijn allemaal niet erg ingewikkeld. De concreetheid en
vlotheid blijkt naar mijn mening wel uit het volgende citaat:
-
‘Foei, dat
was op het nippertje.
-
Zegt u dat wel. Het probleem met mensen is dat
we ze wel kunnen dringen, maar niet dwingen. Het kost ons weinig moeite om bij
voorbeeld iemand op te laten staan en even door zijn kamer te laten ijsberen,
of om hem te laten uitglijden zodat hij zijn nek breekt, maar om iemand iets te
laten doen dat tegen zijn gevoelens ingaat, is minder eenvoudig. Mensen zijn
geen marionetten, ze hebben ook hun eigen wil; eer je het weet, zijn ze je
ontglipt. Neem die ontmoeting van Max en Onno.
-
Die heb
jij geregeld?
-
Wie anders?
-
Het had
ook toeval kunnen zijn.
-
Natuurlijk, maar dat was het niet.’ (pagina 241)
De bovenstaande dialoog is
eigenlijk zeer eenvoudig weergegeven, en daardoor ook erg vlot te lezen. Het
boek staat vol van zulk soort vlotte dialogen.
Vertelperspectief
Het vertelperspectief is in de
derde persoon enkelvoud: dan weer is het verhaal bekeken in de ogen van Max,
dan weer in die van Onno. Op de intermezzo’s na, daar is het verhaal geschreven
vanuit de uitvoerende engel. Doordat Mulisch niet alles vanuit één personage
schrijft, blijft het verhaal levendig.
Personages
Ik zal de belangrijkste
personages bespreken:
Onno Quist
Onno is een taalkundige, ook al
heeft hij rechten gestudeerd. Later in het verhaal gaat hij echter ook nog de
politiek in. Hij raakt al vrij snel bevriend met Max en krijgt later een
relatie met Ada, die eerder een relatie met Max heeft gehad.
Het schijnt dat Mulisch is geïnspireerd
door zijn vriend Hein Donner, die veel weg heeft van de personage Onno Quist[3].
Max Delius
Max is zoon van een Oostenrijkse
oorlogsmisdadiger en een Joodse vrouw, die door zijn vader is vergast. Max is
sterrenkundige. Verder lijkt hij qua uiterlijk niets op Onno: Max is klein en tegelijkertijd
atletisch gebouwd, in tegenstelling tot Onno, die erg lomp en groot is.
Mulisch zelf had ook een Joodse moeder en een
pro-Duitse vader tijdens de WOII. In die zin doet Max daarom denken aan Mulisch
zelf[4]
Quinten Quist
Quinten is degene met de opdracht
het testimonium terug te brengen. De naam Quinten is te zien als meervoud van
de Quint. Dat is (waarschijnlijk) opzettelijk gedaan, aangezien ‘quint’ Latijn
is voor ‘vijf’ en meervoud dus zou doelen op het dubbele, ‘tien’, wat ook
terugkomt in het decaloog: de Tien Geboden. Quinten
is de zoon van Max en Ada.
Ada Brons
Ada is een celliste, die een
relatie krijgt met Max (en later ook met Onno), en de moeder is van Quinten.
Eindoordeel
De Ontdekking van de
Hemel heeft een indruk op mij
gemaakt die ik niet snel zal vergeten. Er zit simpelweg zó veel in het verhaal,
er wordt naar zó veel verwezen. Ook allemaal naar zaken die ik de afgelopen
paar jaar heb geleerd op school (zaken betreffende filosofie, geschiedenis,
klassieke oudheid, literatuur, etc.), wat erg ook leuk maakt om het te lezen. Er
wordt ook aan veel zaken gerefereerd die mij niet veel zeggen. Daarom heb ik
besloten om het boek vijf jaar later nog een keer te gaan lezen, om te kijken of
er meer uit kan halen, wat zeker het geval zal zijn. Ik verbaas me enorm over
Mulisch kennis, en het feit dat hij zo veel kennis in het boek heeft kunnen
stoppen.
Maar naast het feit dat ik het erg bijzonder vind dat er aan
heel veel dingen gerefereerd wordt in het boek, vind ik het verhaal zelf ook
erg mooi, met het filosofische idee dat erachter zit. Het is absoluut een boek
waarover je kan blijven nadenken, het heeft me aan het denken gezet. En dat is
absoluut iets dat ik fantastisch vind: als een boek me aan het denken kan
zetten. Zeker het motief noodlot
heeft me meerdere malen aan het denken gezet, met simpele dialogen zoals deze:
‘‘Je gaat toch niet echt
in de politiek, Onno?’ vroeg Max, terwijl zij opweg waren naar de
bijeenkomst.
Onzeker
keek Onno hem aan.
‘Zou
het mijn noodlot zijn?’
‘Noodlot?
Dat bepaal je toch zelf?’
‘Denk
je?’’ (pagina 104)
Zulk soort dialogen zetten mij aan het denken, zeker ook
omdat het eindexamen onderwerp van filosofie ‘vrije wil’ is, en ik er daarom
gelijk allerlei ideeën aan kan koppelen.
Al met al is De Ontdekking van de Hemel
een boek dat veel indruk op mij heeft gemaakt, en een boek dat ik nog meerdere
malen ga lezen: het is een uitzonderlijk goed, mooi en compleet verhaal.
Lijst van gebruikte bronnen